Hebt u wel eens getennist op zand? Dat lukt dus niet. Hoe hard je die bal ook mept, hoe subtiel je hem ook aait, welk effect je ook geeft, die bal blijft stil liggen. Onbeweeglijk. Geen energie. Einde spel.
Zo voelde ik me na afloop van het debat over het IOB evaluatierapport ‘Stoppen, en dan?’. In het rapport – door anderen geprezen vanwege het ‘lef’ en de ‘intellectuele zuiverheid’ waarmee het opgesteld is – wordt gehakt gemaakt van de manier waarop Nederland zich sinds 2010 heeft teruggetrokken uit 18 partnerlanden.
De aftocht ging te snel, te ondoordacht, te willekeurig. Het had grote gevolgen voor de landen die de Nederlandse steun zagen verdwijnen. Aan richtlijnen uit 2008 voor een verantwoorde exit, door het ministerie zelf onderschreven, hebben we niet voldaan. Projecten en programma’s zijn niet of nauwelijks overgedragen aan andere donoren. En ofschoon effectiviteit en efficiency genoemd waren als rationale achter de beleidsbeslissing, was het in de praktijk gewoon een bezuinigingsoperatie.
Daar word je niet vrolijk van. Ook tijdens het debat waren de sprekers en de zaal zoals te verwachten kritisch. Drie punten uit de discussie wil ik graag aanhalen. Dan snapt u mijn frustratie misschien.
Visie ontbreekt
De criteria voor afbouw waren niet gebaseerd op een duidelijke inhoudelijke visie op de rol van Nederland in de wereld. Thea Hilhorst merkte hier terecht bij op dat die visie niet alleen van minister Ploumen afkomstig moet zijn, maar ook van andere departementen. Wemos is het hier van harte mee eens: ook ministeries als VWS (volksgezondheid), Economische Zaken (landbouw), Infrastructuur en Milieu (klimaat, duurzaamheid) dragen bij aan wereldwijde ontwikkeling en duurzaamheid. Ze moeten echt de handen ineen slaan en voorbij de landsgrenzen denken, alleen uitgaan van eigenbelang is helemaal passé. De afstemming tussen die departementen is echter minimaal. Ook het onlangs gepubliceerde ‘Plan van aanpak implementatie SDGs’ is wat dat betreft erg oppervlakkig.
Donorcoördinatie is moeilijk
Ondanks eerder gemaakte internationale afspraken heeft Nederland zich tijdens het terugtrekken niet of nauwelijks gehouden aan donorcoördinatie en harmonisatie van ontwikkelingssamenwerking. Zoals Reina Buijs treffend vaststelde: coördineren wil iedereen, maar gecoördineerd worden wil niemand. De vraag die dan onmiddellijk bij mij opdoemt: hoe gaan we dat dat in vredesnaam voor elkaar krijgen met die Duurzame Ontwikkelingsdoelen? Om die doelen te bereiken gaan we toch uit van wederzijdse afhankelijkheid en complementariteit? Gaan we elkaar op het wereldtoneel allemaal voor de voeten lopen? Moeten we niet juist kijken naar wat er nodig is, wie wat het beste kan, en welke gaten er dan eventueel vallen die óók gedicht moeten worden?
Repareren is geen optie
Yacouba Dié uit Burkina Faso, die uitgebreid verhaalde over de gevolgen van het terugtrekken van de Nederlandse steun, besloot zijn presentatie met een verzoek tot het hervatten van de Nederlandse steun. Ook uit de zaal kwam de vraag of Nederland de veroorzaakte schade in de betrokken landen gaat repareren. Dat is aan de politiek, aldus Reina Buijs, daar kan zij als ambtenaar geen uitspraak over doen. Tijdens de koffie begreep ik echter van de – voor zover ik zag: enige – aanwezige parlementariër dat dat echt niet gaat gebeuren. Zeker niet op de korte termijn, zo vlak voor de verkiezingen. En de heersende stemming is dat ook op de lange termijn, dus ná de verkiezingen, die niet veel goeds voorspellen voor de internationale samenwerking, de bereidheid tot actie, reparatie, investeren in een duurzame toekomst, erg onzeker is.
Na afloop liep ik wat mismoedig door de miezerende regen terug naar het station. Gelukkig heb je dan collega’s om je op te monteren. Terug op kantoor hoorde ik de volgende dag van kamergenoot Paul Nedermeijer dat de vaste kamercommissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft besloten dat zij de IOB gaat uitnodigen voor een briefing over het rapport, ter voorbereiding op het Algemeen Overleg Partnerlandenbeleid en vernieuwing ODA op 13 december 2016. Dat geeft dan toch een sprankje hoop. De bal rolt weer.